Van koude voeten en vermijden – bindingsangst therapie

Bindingsangst therapie

“In de relaties om mij heen had ik me zo aangepast dat ik mezelf begon kwijt te raken”

Het traject van de therapie van Paul start in september en ik ontmoet hem op een woensdagavond voor de intake over de bindingsangst.

Meteen blijkt al dat hij een goed gevoel voor humor heeft en dat is voor hem ook een manier om spanning uit de lucht te halen: Paul is niet gewend om zichzelf centraal te stellen en dat is nu precies wat we de komende tijd gaan doen. Paul werkt in een dienstverlenende functie en is erg gericht op het welzijn van anderen. Hij verliest zichzelf daardoor in de ander en is vergeten wat zijn eigen verlangens en gevoelens zijn. Wat hij met de therapie wil bereiken, is dat hij kan zeggen wat hij werkelijk vindt “zonder de angst om iemand te verliezen.” Hij wil zichzelf niet langer meer “wegcijferen.”

Paul vertelt: “In de relaties om mij heen had ik me zo aangepast dat ik mezelf kwijt begon te raken. Ik was teveel bezig met anderen het naar de zin maken of het ontwijken van confrontaties om de sfeer goed te houden. Hier kreeg ik uiteindelijk stressgevoelens van en dat uitte zich in slaapproblemen, paniekaanvallen en het ‘verstoppen’ van mijn gevoelens. Mijn ouders blokkeerden vroeger emotioneel en ik wil dit nu anders doen.”

“Iedereen vluchtte zodra het lastig werd”

Dan vertelt Paul dat zijn partner het moeilijk heeft, dat die steun zoekt bij hem en dat hij dienst verdriet niet mee kan voelen:”Alsof ik uit mezelf vertrekt” verklaart hij verdrietig. Als ik vraag wat hij ervaart in zijn lichaam als hij uit zichzelf vertrekt, geeft hij aan dat zijn handen en voeten koud worden. Het besef dat hij nu ook doet zoals zijn moeder deed – “Als ik thuis zei wat ik wilde dan ging bij mijn moeder de deur dicht”- is het tegenovergestelde van zijn verlangen om open te kunnen staan voor een ander.

 Paul geeft aan dat vroeger in zijn ouderlijk gezin iedereen op een ‘eilandje’ woonde. Hij herinnert zich dat hij zich erg alleen voelde:”Iedereen vluchtte zodra het lastig werd, er was geen echte connectie.” Hij nam de rol aan van de ‘flierefluiter’ en ‘manoeuvreerde’ zich door het leven heen, zowel thuis als op school.

De stekker erin houden

En dan komt er in zijn leven een moment waarin de vermijdende overlevingsstrategie van Paul de regie van hem dreigt over te nemen. De partner van Paul heeft hem geconfronteerd met een moeilijke boodschap en Paul voelt de intense drang om de relatie zelf te stoppen: “Ik wil liever zelf kunnen kiezen om te stoppen, voordat het voor mij bepaald wordt.”

Deze strategie van het voorkomen van teleurstellingen door zelf ergens de stekker uit te halen is niet nieuw voor Paul. Zo deed hij dit als kind al. Paul vertelt dat hij vroeger vaak alleen gespeeld heeft: “Dan wist ik tenminste hoe het zou gaan, zonder de angst dat iemand weg zou gaan.” Ondanks dat deze vermijdende overlevingsstrategie hem als kind voor teleurstellingen behoedde, onderzoeken we in de therapie hoe hij als volwassene tóch in de situatie kan blijven. Niet omdat hij de relatie niet ‘mag’ stoppen, maar wel om hier als volwassene bewust  te kiezen en niet zijn oude strategie vrij baan te geven. Paul ontmoet nu zijn innerlijke kind dat zo hard voor hem werkt om teleurstellingen te voorkomen – door confrontaties uit te weg te gaan, door niet te voelen en door ”de stekker eruit te trekken.” Hij ziet zichzelf weer als kind in zijn gezin, waar ”iedereen weg wilde als het moeilijk werd.” Dan stelt hij de kleine Paul gerust door te vertellen dat hij er voor hem zal zijn. Nu Paul het innerlijke kind in hem gerustgesteld heeft, voelt hij zich sterk. Samen geven ze het onvermogen van het ‘niet kunnen open staan voor anderen’ symbolisch terug aan moeder.

Paul neemt zich voor om aandacht te geven aan zijn innerlijke kind wanneer hij weer koude handen en voeten krijgt in de toekomst, zodat hij in het hier en nu aanwezig kan blijven. Mét warme handen en voeten. Na deze sessie ontvang ik van Paul een afbeelding met een stekkerpoppetje die in het stopcontact rent.

Ik glimlach: hij is in de situatie met zijn partner gebleven als volwassene en heeft van daaruit zijn keuze gemaakt.

De bindingsangst therapie voelt ‘af’

“De bindingsangst therapie heb ik als zeer verhelderend ervaren voor mijn bindingsangst. Patronen en strategieën werden onder de loep genomen en doorbroken zoals:

  • Confrontaties vermijden
  • Gevoelens verstoppen
  • Bang zijn voor het idee dat een ander de relatie verbreekt wanneer ik zou zeggen wat ik zou willen in bepaalde situaties

Het was niet altijd makkelijk en ook verdrietig, maar ik kwam elke keer uit de therapie met een ontspannen gevoel.” Paul kreeg ook nieuwe ervaringen: “Ik merkte al vrij snel in mijn bindingsangst therapie traject dat er van alles gebeurde in mijn omgeving op het moment dat ik meer begon te vertellen over wat er in mij omging over mijn bindingsangst en hoe ik mij voelde. Dat was heel spannend en ook niet altijd makkelijk. Hierdoor kwam er veel verdriet los, maar ik merkte ook dat het zorgde voor meer toenadering van de ander. Ik ben niet meer bang om in bepaalde situaties voor mezelf te kiezen en mijn relaties zijn sterker geworden nu ik open ben over wat er in mij omgaat.”

Het leven is anders nu

“Ik ervaar meer rust en plezier in mijn leven. Ook het toelaten van verdriet heeft mij geholpen om situaties sneller helder te krijgen en hierdoor is er meer ruimte in mijn hoofd voor ontspanning. Ik ervaar meer grip op mezelf en dat is fijn. Nu durf ik bij mijzelf te blijven en aan te geven wat belangrijk is voor mij. Door mij minder af te stemmen op de ander en meer naar mijn eigen gevoel te luisteren zorg ik beter voor mezelf. Voordat ik startte met de therapie had ik regelmatig lichamelijke klachten zoals koude handen en voeten wanneer ik mijn gevoelens wegstopte. Zodra ik nu voel dat dit staat te gebeuren, weet ik dat ik mijn gevoelens moet uiten naar de ander. Het is mij dan ook niet meer gebeurd sinds de therapie tegen mijn bindingsangst.”

Lees hier meer over de bindingsangst therapie en over therapeute Suzanne den Hollander.